Opmars van Glanzige ooievaarsbek
In de 20ste editie van de Heukels uit 1983, wordt Glanzige ooievaarsbek (Geranium lucidum) nog niet genoemd. In de 21e druk wordt de soort in kleine lettertjes afgedrukt en omschreven als “recent op enkele plaatsen opduikend in het westen van Nederland”. In de 22ste editie wordt Glanzige ooievaarsbek nu als een volwaardige soort gezien en als zeldzaam in het stedelijk gebied en de duinen omschreven. In de tot nu toe laatste editie van de Heukels uit 2005 wordt de soort ineens weer als zeer zeldzaam omschreven. Tenslotte wordt in Stadsplanten van Breda uit 2013 de soort omschreven als “neiging tot woekeren”.
Door het warmer worden van het klimaat is Glanzige ooievaarsbek inmiddels niet meer weg te denken uit het stedelijk gebied. De soort komt voor op schaduwrijke, vochtige, tamelijk voedselrijke stenige grond, onder heggen en aan de rand van plantsoenen. Dit werd in 2016 zeer goed duidelijk in de wijk Utrecht-Lunetten. Glanzige ooievaarsbek is daar inmiddels een
van de algemeenste soorten met naar schatting meer dan een half miljoen exemplaren! Bijna letterlijk zijn daar de brandgangen en plantsoenen vergeven van deze soort. Milieubewuste inwoners van Lunetten kunnen dit overigens lang niet altijd waarderen. Diverse brandgangen werden door hen ontdaan van deze soort, terwijl andere typische brandgangsoorten dan werden ontzien. Kortom, inmiddels zeker een woekerende soort, maar naar mijn mening wel een mooie….