Staat er gekleurd op
In Breda is, ter hoogte van Bavel, een aantal jaren geleden langs de A-27 een zeer hoge, en daardoor ook zeer brede geluidswal aangelegd. Er loopt een wandelroute overheen, er zijn stukken met struiken en bomen uitgerasterd, en er is na de aanleg een uitbundig bloemenzaadmengsel uitgezaaid van Zuid-Franse origine. Een aantal van die soorten is inmiddels verdwenen, maar andere handhaven zich en breiden zich uit en enkele verspreiden zich in de wijdere omgeving. Het km-hok waarin de geluidswal zich bevindt telt mede daardoor 543 soorten. Een soort die het buitengewoon goed doet is verfbrem (Genista tinctoria) die zich alsmaar uitbreidt ondanks de vraat van schapen, die als beheer worden ingezet.
In dit geval is het moeilijk om van van regelrechte floravervalsing te spreken, want er was geen flora. In de stedelijke omgeving is die term toch al lastig omdat er voor het criterium ‘opzettelijke introductie’ vaak alleen maar aannames zijn. Waarschijnlijk kwam verfbrem in de omgeving van Breda vroeger wel voor. Hoe dan ook, op de wal worden vlinders geteld volgens de systematiek van de Vlinderstichting en hier telt men de meeste soorten en meeste exemplaren in Breda. Verder beginnen zich ook verschillende soorten wilde bijen te vestigen.
De term ‘verf’ in verfbrem slaat inderdaad op het gebruik als verfstof voor geel, maar ook voor bruine en groene tinten. De knoppen en bloemen worden gebruikt. De betekenis van het het woord ‘brem’ blijkt niet meer te achterhalen. Het is, evenals veel namen van inlandse bomen, een substraatwoord. Een woord uit een taal van de inwoners hier, voor de komst van de Germanen. De wetenschappelijke geslachtsnaam ‘Genista’ komt waarschijnlijk van het Keltische ‘gen’ en betekent ‘struik’. De soortaanduiding ’tinctoria‘ staat voor ‘verf’.