De voegenvuller van Vlissingen.

Sommige planten zijn echte voegenvullers. Soorten die in de voegen groeien en niet of nauwelijks hoger gaan dan de straatstenen waardoor ze onopvallend blijven. Kransmuur, Liggende vetmuur, Mosbloempje, Muurpeper, Slaapkamergeluk, Straatwalstro en Straatwolfsmelk zijn aardige voegenvullers.

Onopvallend kunnen ze voortbestaan, onzichtbaar voor de meeste voorbijgangers.
Dé voegenvuller van Vlissingen is ongetwijfeld Kransmuur. Straten vol! Gemeentelijke veegwagens zullen hier onbedoeld een bijdrage aan hebben geleverd. Ze vegen de zaden door de hele stad waardoor het zeldzame plantje inmiddels door heel Vlissingen is verspreid.


Kransmuur is een klein eenjarig mediterraan plantje dat zich met succes heeft verspreid over vrijwel de hele wereld. In Nederland wordt de soort sinds de jaren negentig van de vorige eeuw aangetroffen en heeft zich inmiddels met succes gevestigd in grote delen van Nederland, met name in het westen. In Zeeland is de soort voor het eerst waargenomen in 2008 zowel in Middelburg als in Vlissingen, maar is zich duidelijk aan het uitbreiden naar andere steden en dorpen. Daarnaast wordt Kransmuur wel gevonden op campings.
Kransmuur is vrijwel beperkt tot stedelijk gebied, waar ze groeit tussen straatstenen, aan de voet van muren en op ruderale plaatsen. De plant kan goed tegen betreding maar blijft dan zeer klein. Het uiterlijk in een onbetreden situatie is totaal anders: een compact, tot 10 cm hoog, bolvormig plantje.

 

 

bron: Meininger P.L. (red.). 2018. Flora Zeelandica. Verspreiding van planten in het Zeeuwse landschap in heden en verleden. Floron, Nijmegen.