Krom in Breda
Kromhals (Anchusa arvensis) is nou niet meteen een typische stadsplant. Toch stond deze plant de afgelopen zomer, ondanks de lichte handicap, fier overeind op een historische plek in het centrum van Breda: bij het Spanjaardsgat. Dit ‘gat’, in feite een waterpoort, wordt vaak in verband gebracht met de list met het Turfschip van Breda in 1590. Door soldaten in het ruim van een turfschip te verstoppen kon Breda door prins Maurits worden heroverd op de Spanjaarden. De bewuste waterpoort is echter pas in 1610 gebouwd. Een voorbeeld van kromme praat dus.
Kromhals behoort tot de familie van de ruwbladigen. Bekende vertegenwoordigers van die familie zijn de gewone smeerwortel, alle soorten vergeet-mij-nietjes en overblijvende ossentong. De laatstgenoemde is een bekende stadsplant. Zoals een goede ruwbladige betaamt is de kromhals stijf behaard (zie foto hieronder). De bloeiwijze is een schicht: de zijassen ontspringen beurtelings links en rechts van de vorige as. De bloemen blijven in dezelfde verticale as en zijn gewoonlijk naar één zijde gebogen. Dat klinkt ingewikkeld en dat is ook zo.
De kromhals is een éénjarige plant die vooral op zonnige plaatsen op omgewerkte, bemeste grond kan worden aangetroffen. Vroeger was het vooral een akkerplant. Vandaar de soortaanduiding ‘arvensis’ in de wetenschappelijke naam Anchusa arvensis. De Nederlandse naam dankt de kromhals aan de kromme kroonbuis. je kunt dit eenvoudig vaststellen als je de kroon voorzichtig van de plant trekt. Vanwege deze kromme buis hebben insecten met een lange tong een voordeel bij het zoeken naar voedsel. Ze worden dan ook vooral door hommels bezocht.