Slaapmuts bij lantaarnpaal
Het gaat te ver om Dongen een slaperig dorp te noemen, maar je zou het bijna zeggen. In de Gerardus Majellastraat in deze Brabantse gemeente trof ik slaapmutsen aan bij een lantaarnpaal. Slaapmuts of ook wel Goudpapaver genoemd heeft een de prachtige wetenschappelijke naam Eschscholzia californica en behoort tot de Papaverfamilie. Het geslacht is genoemd naar de arts en zoöloog J.F. von Eschscholz (1793-1831). De soortaanduiding heeft te maken met de staat Californië (VS), waar de plant voor het eerst werd gevonden. De bloem dient als symbool voor de staat Californië. In het zuidwesten van de VS kleurt de Sonorawoestijn oranjegeel wanneer de ‘Californian Poppy’ bloeit.
De meest gangbare Nederlandse naam ‘slaapmuts’ is afgeleid van de vorm van de bloemknop. Het lijkt een hele lange puntmuts. De plant schijnt, toevallig of niet, slaapverwekkende eigenschappen te bezitten. Dat is bij wel meer leden van de Papaverfamilie het geval. Indianenstammen in het zuidwesten van Noord-Amerika gebruiken de bovengrondse delen van de plant als een licht verdovend middel tegen allerlei pijnen en kwalen, met name kolieken en tandpijn. Het schijnt niet verslavend te werken.
De eerst bekende waarneming van verwildering in Nederland stamt uit 1898 en werd gedaan op een spoorwegemplacement in Dordrecht. Met enige regelmaat wordt de plant als adventief gemeld. In de wat oudere versies van de Heukels staat ‘zeld.verw.’ Je kunt je afvragen hoe die slaapmuts daar bij die lantaarnpaal terecht is gekomen. Hoogstwaarschijnlijk is daar wat zaad gevallen uit een bloembak of zomaar uit een zakje. Aanplant lijkt onwaarschijnlijk omdat de zaailingen zeer lastig te verspenen zijn.