Stadsplant aan zee
Afgelopen oktober op Vlieland, overspoeld door ‘twitchers’ op zoek naar de Blauwstaart en Bruine Boszanger, troffen wij een bijzondere plantensoort: oude, half afgestorven Jacobaea maritima (voorheen Senecio maritima) in diverse exemplaren. ( Op basis van de reacties betreft het dus de kruising Jacobaea x albescens (J. maritima x vulgaris AvD). De planten waren uitgebloeid en vruchtzettend, met nog wat nabloei uit een overblijvend rozet. Ze stonden tussen de gezette stenen op de buitenzijde van het dijktalud naast de coupure bij de Dorpsstraat. Heukels’ Flora van Nederland geeft als Nederlandse naam Zilverkruiskruid. (maar betreft hier een kruising AvD)
Van deze, gelijk als ‘kruiskruid’ te herkennen hoge soort, zijn blad, stengel en omwindselblaadjes zilverachtig wit behaard, en is de stengel onderaan houtig.
Het gezelschap waarin zilverkruiskruidkruising hier voorkomt, bestaat uit een dijkvegetatie met een dominantie van Duizendblad (Achillea millefolium), en verder verspreide exemplaren van Speerdistel (Cirsium vulgare), Krulzuring (Rumex crispus), Reukeloze kamille (Tripleuspermum matitimum) , Akkerwinde (Convolvulus arvensis), Smalle weegbree (Plantago lanceolata) en een kleinbladige soort Dwergmispel (Cotoneaster spec.).
In ‘Stadplanten; veldgids voor de stad’ uit 2004 wordt Zilverkruiskruid door Ton Denters nog niet genoemd, maar in zijn nieuwe ‘Stadsflora van de Lage Landen’ van dit jaar al wel, zij het terloops bij de wandeling door Gent (p. 372).
Deze soort in de open voegen tussen de stenen van de zeewering bovenaan het dijktalud is, behalve langs de kust, nu ook aan het inburgeren in urbane milieus, en is afkomstig uit het Middellandse Zeegebied. De plant wordt ook wel als tuinplant gehouden (Heukels p. 704, https://www.verspreidingsatlas.nl/5441, Stace 2011 p. 762 als S. cineraria, Guinochet et el. 1982 p. 1468 als S. bicolor). Op Vlieland is zij niet zo wit als de gekweekte exemplaren.
Zilverkruiskruidkruising toont ons hier de overeenkomst tussen kust en stad. Beide habitats hebben aspecten gemeen: de alom tegenwoordige verharding in het urbane district heeft immers ook een pendant langs de kunst, zeker voor wat de ruigere en minder extreem halofiele kant betreft; wat hoger op het talud van de kustverdediging. Maar ook de hogere temperatuur door de klimaatverandering speelt hier een rol.
We mogen blij zijn dat de zeewering op Vlieland nog niet is opgekalefaterd om de toekomstige zeespiegelstijging als gevolg van klimaatverandering het hoofd te bieden. Want daardoor is ook de buitenzijde van de Waddenzeedijk aan de kant van het havengebouw nog vrij massaal begroeid met veel andere vloedmerk- en kustsoorten in menigvoud zoals Zeeraket (Cakile maritima), Reukeloze kamille, Zeekool (Crambe maritima) en Strandbiet (Beta vulgaris subsp. maritima); op het talud in een mooie elkaar overlappende zonering van hoog naar laag.
Veel zuidelijke soorten zijn de laatste tijd via de ‘stepping stones’ van de internationale klimaatcorridor die de natuurgebieden van onze kust zijn, naar het Noorden opgerukt. Precies 50 jaar geleden stond van Strandbiet op Vlieland nog maar 1 exemplaar op de zeedijk (Gorteria V p. 270).