Dit gras is moeilijk leesbaar maar goed te herkennen.
Vroeger, toen we nog met een pen op papier schreven, was het handschrift van sommige mensen slecht te lezen. Men zei dan dat ze schreven met hanenpoten. Daar moest ik aan denken toen ik besloot een stukje te wijden aan de Europese hanenpoot (Echinochloa crus-galli).
Veel floristen hebben moeite met de herkenning van grassen maar met de Europese hanenpoot hebben de meesten denk ik geen probleem. Over het algemeen is het een fors gras met vaak duidelijk kafnaalden aan de aartjes. De lengte van de kafnaalden kan behoorlijk per plant verschillen. Bij zo’n plant horen natuurlijk ook stevige bladen. Ze hebben vaak een gegolfde rand.
De Europese hanenpoot wordt vaak gezien als een berucht onkruid, vooral in maisakkers. Hij groeit graag in voedselrijke grond. Hoewel niet in eerste instantie een stadsplant komt de hanenpoot volgens mij steeds meer in de stad voor. Daar zie ik hem vaak groeien in nog niet beplante groenstroken, maar ook tussen het gemeentegroen en niet-bijgehouden voortuinen. Verder zie ik de plant steeds meer gewoon op de stoep staan en dan graag bij een lantarenpaal of langs de heg. Dan kan hij soms ook behoorlijk klein zijn voor zijn doen.
De laatste jaren wordt ons het determineren van dit gras wat moeilijker gemaakt doordat er een andere hanenpoot z’n opgang doet: de Stekelige hanenpoot (Echinochloa muricata). In mijn ervaring heeft deze soort wat compactere aren en niet van die lange kafnaalden. Je kan hem het beste herkennen door de zeer schuin afgesneden top van de bladscheden. Dat zie je het beste aan de “achterkant” van de plant. Ik kom de plant vooral tegen in wijken in aanbouw.