Een zure ridder

ridderzuring op de stoep in de stad

Wanneer is een plant een stadsplant? Niet zo’n eenvoudige vraag. Niet elke plant in de stad noemen we een stadsplant. In Breda hanteren we voor het gemak de volgende omschrijving: “Planten in de openbare ruimte die niet met opzet gezaaid of geplant zijn”. Daar zijn dus ook planten bij die vooral buiten de bebouwde kom groeien. Een voorbeeld van de laatste categorie is ridderzuring (Rumex obtusifolius).Op mijn bijna dagelijkse boodschappenrondje van ongeveer drie km kom ik er tussen mei en november zeker vijf in volle glorie tegen op de stoep. Op dit blog werd deze plant nog niet behandeld maar wel zijdelings genoemd als zijnde ‘een gewone bermplant’. Inderdaad heel gewoon. Tijd om er een stukje aan te wijden.

ridderzuring begin maart

Ridderzuring groeit meestal op vochtige, voedselrijke, omgewerkte grond, maar in de stad ook wel tussen stoeptegels of langs de stoeprand. Zie foto. Het is een forse plant die wel anderhalve meter hoog kan worden. De wortelstandige bladeren zijn groot en breder dan 5 cm, eirond, hebben een diep hartvormige voet en zijn niet of nauwelijks gekroesd of gegolfd. De hogere bladeren zijn veel smaller, met een wigvormige voet. Ridderzuring bloeit vanaf juni tot in de herfst. De bloeiwijze is pluimvormig. De afzonderlijke bloemetjes zijn zoals bij veel zuringsoorten zeer talrijk. Het bloemdek bestaat uit twee kransen van drie blaadjes. Omdat er een binnenste en een buitenste krans is zou je van een kelk en een kroon kunnen spreken. De binnenste bloemdekbladeren vormen de vruchtkleppen.

Uitgebloeid: vruchtdragende bloemdekken van ridderzuring

De vruchten van de plant zijn driehoekig en hebben een aantal uitsteeksels. Van de drie kleppen heeft er één een opvallende knobbel. Met de uitsteeksels kunnen de vruchten met daarin de zaden aan de vacht van dieren of aan de kleding van mensen blijven hangen en zo meereizen naar een andere bestemming. De knobbel schijnt het drijfvermogen van de vrucht te bevorderen. Volgens een artikel op de site van het Louis Bolk Instituut (https://www.louisbolk.nl) kan het zaad makkelijk 60 jaar kiemkrachtig blijven.
Vaak staat er een andere forse zuringsoort op vergelijkbare plaatsen. Dat is krulzuring (R. crispus). Een eenvoudig onderscheidend kenmerk is de bladrand. In tegenstelling tot ridderzuring heeft krulzuring een sterk gekroesde bladrand. Op plaatsen waar ridderzuring en krulzuring door elkaar staan kunnen kruisingen tussen deze soorten worden aangetroffen: bermzuring (R.x pratensis). De onderste bladeren van deze hybride zijn meestal langwerpig en de hogere geleidelijk smaller. Meestal zijn alle bladeren gekroesd.

Ridderzuring op de stoep

Bladeren van de plant kunnen worden gebruikt als salade, om een groentebouillon te bereiden of om te koken als spinazie. Ridderzuring bevat net zoals rabarber oxaalzuur dat gevaarlijk kan zijn als het in grote hoeveelheden wordt geconsumeerd. Oxaalzuur kan worden geneutraliseerd door wat kalk of natriumbicarbonaat. Dat gebeurt ook wel bij het bereiden van rabarber. Deze bekende moestuinplant is nauw verwant aan zuring. In planten dient oxaalzuur als een beschermende stof tegen herbivoren vanwege zijn scherpe smaak en giftigheid bij hoge concentraties. Oxaalzuur wordt wel gebruikt om varroamijten te bestrijden bij honingbijen. Maar het blijkt niet te helpen tegen vraatzuchtige insecten.
Het sap van zuringbladeren lijkt te helpen tegen brandneteljeuk. Dat is wel handig want ridderzuring staat vaak in de buurt van brandnetels
De naam ‘zuring’ duidt op de zure smaak van de plant. De toevoeging ‘ridder’ in de naam komt van de uitdrukking ‘aan de ridder zijn’ dat in Noord-Holland betekent ‘aan de diarree zijn’. ‘Rumex’ komt van het Latijnse woord ‘rumex’ (=werpspies), hetgeen slaat op de bladvorm van een aantal soorten. De soortaanduiding ‘obtusifolius’ betekent ‘met stompe bladeren’.

Zuringhaantjes
Zuringsoorten krijgen regelmatig bezoek van kleine groene kevertjes. Het gaat om het groene zuringhaantje (Gastrophysa viridula). Op internet vond ik een prachtige tekst over het optreden van deze kevertjes:
“Beklagenswaardig staan ze erbij, de restanten van ooit zo fiere zuringplanten. Afgevreten alsof een zwerm treksprinkhanen zich, door honger gedreven, ver noordelijk heeft gewaagd en zich hier op de eerste de beste sappig uitziende planten heeft gestort. Maar zo exotisch is het niet. En evenmin zo grof en willekeurig. Niet alleen blijkt het bladgroen zorgvuldig tussen de harde nerven te zijn weggeknaagd, ook is deze zuring de enige plant in de omtrek die zo is toegetakeld”.
Het verhaal gaat nog verder. Zie: https://teunklumpers.nl/blog/vegetarische-veelvraatjes.