Het staartje van de paashaas

Hazenstaart, een pluizig grasje

Hazenstaart op de stoep; Marken, juni 2019

Grappig eigenlijk dat veel planten een naam hebben met een dier erin. Denk aan Gewone berenklauw, een schermbloemige, of Grote vossenstaart, een algemeen gras dat vroeg bloeit. Zeer toepasselijk op Eerste Paasdag leek mij een stukje over Hazenstaart (Lagurus ovatus), een schattig siergras. Dat zal de paashaas waarschijnlijk wel leuk vinden.

De naam

Lagurus komt van het Griekse lagos, wat haas betekent en oura, staart, vanwege de staartvormige bloeiwijze. Ovatus betekent eirond. Wij kennen in Nederland maar één soort in het geslacht Lagurus. Wanneer je een foto van een (paas)haas bekijkt, begrijp je de naam van dit gras. Ik las op internet ook de naam Fluweelgras.

hazenstaart van Europese haas; foto van Luuk Punt, Waarneming.nl

Kenmerken

Hazenstaart is lid van de familie Poaceae, de Grassenfamilie. De stengel en bladen van Hazenstaart zijn zacht behaard. De gedroogde planten worden gebruikt in droogboeketten. De plant werd daarom gekweekt en is van daaruit her en der verwilderd en is ingeburgerd tussen 1975 en 2000. Vooral in het stedelijk gebied kun je ze vinden, bijvoorbeeld op de stoep of tussen de bestrating. Verder komt het veel voor in de duinen, in het zand. Het is een pionier en exoot: de soort komt oorspronkelijk uit Zuid-Europa.

De eerste keer dat ik dit gras vond was tijdens een vakantie in juni 2012 aan de kust in Noord-Frankrijk. Daar trof ik een prachtexemplaar aan. Toen maakte ik nog foto’s met een spiegelreflexcamera. De rijpe bloeiwijze heeft een duidelijk bredere onderkant en wordt naar boven toe steeds smaller. Het totaal is (paas)eivormig. De lange naalden steken ver uit.

volgroeide bloeiwijze van Hazenstaart; Baie de Somme, Frankrijk, juni 2012

Hieronder een uitsnede van deze foto, waarop je de beharing in de bloeiwijze goed ziet.

beharing in de bloeiwijze van Hazenstaart

In een pot in de patio

In april 2019 kreeg ik op een Plantenwerkgroepavond van iemand een plukje Hazenstaart met wortels eraan. De plant deed het goed in een pot in de patio. Het jaar erop had ik nieuwe planten er vlak naast, tussen de tegels. Die haalde ik eruit en plantte ze weer in een pot. Omdat het een eenjarige soort is, moet deze zich elk jaar opnieuw vanuit zaad ontwikkelen. Dat lukt niet altijd. Ik heb er enkele jaren veel plezier van gehad, kon alle stadia goed volgen, maar opeens was het uit met de pret. Dat is het lot van een pioniersoort. Als je pech hebt, ben je het haasje ….

De bloeiwijze

Indien jong, is de bloeiwijze meestal nog niet zo breed aan de onderkant. Dat kun je bijvoorbeeld zien op onderstaande foto links van een door mij opgekweekte plant. De bloeiwijze heeft in dit prille stadium wel wat weg van Baardgras (Polypogon monspeliensis), maar deze soort is kaal en de bloeipluim is gewoonlijk meer cilindrisch.

vergelijking jonge en rijpe bloeiwijze van Hazenstaart;
links bloeiend, opgekweekt exemplaar; Amsterdam, juni 2021;
rechts de bloeiwijze uit Frankrijk

De hoogte van een bloeiende plant ligt tussen 10 en 50 cm. De bloeitijd is juni-juli. Heukels’ Flora beschrijft de bloeiwijze als volgt: aartjes in een ei- of bolvormige, dichte, zacht witbehaarde bloeiwijze, deze meestal 1-4 cm lang. Aartjes (met de naalden) 8-10 mm lang.

witbehaarde, eivormige bloeiwijze van Hazenstaart; botanische tuin, augustus 2014

Wanneer het geregend heeft, blijven de druppels aan de beharing hangen. De bloeiwijze wordt daardoor topzwaar, zodat deze gaat overhangen.

regendruppels in de bloeiwijze van Hazenstaart; botanische tuin, september 2012

De kleur is zeer variabel, zoals wel vaker bij planten in diverse stadia. Naarmate de bloeiwijze rijpt, wordt deze bruiner.

overhangende, natte bloeiwijze van Hazenstaart; Amsterdam, juni 2018
droge, rijpe, bruine bloeiwijze van Hazenstaart; Kennemermeer, juli 2021

Om nog even bij de hazen te blijven: we hebben in de natuur ook het Hazenpootje. Niet alleen als plant, Trifolium arvense, maar ook als paddenstoel, Coprinopsis lagopus. Allebei zijn ze nogal harig.

links de plant Hazenpootje en rechts de paddenstoel Hazenpootje

Bronnen

Leni Duistermaat – Heukels’ Flora (24e druk, 2020, p. 246-247)
Verspreidingsatlas: https://www.verspreidingsatlas.nl/1698