Doet-ie ’t of doet-ie ’t niet?
Wat is er mooier voor een stadsflorist dan het vinden van een bijzonder plantje op de stoep? Vorig jaar was het weer zover, tijdens een wandeling door een gewone Rijswijkse wijk trof ik een klein klavertje aan op straat. Het had hele kleine gele bloemen en er zaten vruchtjes aan met haakjes. Ik kon het niet direct thuis brengen. Even dacht ik aan Sipke met zijn bijzondere klavertjes op de camping en was een beetje trots ook eens een bijzonder klavertje te hebben gevonden. Ik nam een paar foto’s om thuis op te zoeken welke klaver het was.
Het bleek Kleine rupsklaver (Medicago minima) te zijn en volgens de Verspreidingsatlas was het zeldzaam. Het komt vooral voor in de duinen en langs de Maas en de Waal. In de stad wordt het niet veel gevonden en het staat dan ook niet in de Stadsflora van de Lage Landen. Het is dus niet direcht een stadsplant maar zou dat eventueel wel kunnen worden.
Kleine rupsklaver is een vrij onopvallend plantje waar je gauw overheen stapt. Je mag er ook overheen lopen want de Kleine rupsklaver kan tegen een beetje betreding. Het eenjarige plantje is zijdeachtig behaard en bloeit in de voorzomer (soms later) met licht dooiergele bloemen. De blaadjes zijn drietallig, de deelblaadjes zijn eirond, uitgerand, naar voren getand en niet-gevlekt en hebben een wigvormige voet. Het middelste blaadje is gesteeld.
Het meest opvallende onderdeel is de vrucht. Het is een typische klitvrucht en dat maakt dat kleine rupsklaver voor de verspreiding voornamelijk op schapen is aangewezen volgens de Nederlandse Oecologische Flora. Het wordt dan ook wel aangeduid als woladventief. Daar kan je tegenwoordig gerust honden bij zetten maar ook de kleding van mensen misschien. Op die manier is de plant wellicht in Rijswijk terecht gekomen. Ook treedt verspreiding door rivierwater op.
Vraag is nu: komt hij dit jaar terug of niet? Tot nu toe, einde april, heb ik hem nog niet gevonden. Ik troost me maar met de gedachte dat het koud is dit voorjaar en daardoor de natuur laat. Ik hou de plek in de gaten en als ik hem weer vind meld ik hem op waarneming.nl. Dan weten jullie ook het antwoord op mijn vraag.