Doet u mij maar een pondje Kleine majer groenteboer
Het is een behoorlijk lange tijd geleden dat mensen geen spinazie, maar Kleine majer aten. Hoewel de plant oorspronkelijk uit het Midden Oosten stamt komt deze plant al eeuwen in onze contreien voor. Hij werd dus ook hier gegeten. Dat is al lang niet meer zo, de teelt was te lastig en leverde te weinig op, maar in Oost-Aziƫ staat hij nog steeds op het menu.
Kleine majer (Amaranthus blitum) is een plant uit de Amaranthenfamilie. Kenmerkend voor de plant zijn zijn bladeren, ze hebben aan de top vaak een deukje, of netter gezegd, het blad is daar uitgerand. Meestal vormt de plant een plat op de grond liggende mat, die soms behoorlijk groot kan worden. Toen er nog veel braakliggend terrein was in Rijswijk vond ik daar planten die meer dan een meter breed waren. De plant is ook vaak in de stad te vinden en groeit dan tussen de stenen. Hij kan veel betreding verdragen.
Zoals bij steeds meer planten worden er bij de Kleine majer ondersoorten aangetroffen. De Heukels noemt subsp. blitum en subsp. emarginatus. Het verschil zit vooral in de grootte van zaden en vruchten. Zelf heb ik er nog nooit op gelet. Je kan beide ondersoorten melden op waarneming.nl. Dat is nog niet vaak gebeurd.
Voor veel floristen is de Kleine majer een leuke plant om te vinden, tuinders en moestuinders zijn er minder enthousiast over. Het is een berucht onkruid en schijnt lastig te bestrijden te zijn. In de moestuin van mijn echtgenote zie ik hem niet, wel veel Postelein. Misschien is hier de Kleine majer ook al door een andere groente verdreven.
Sinds een aantal jaren wordt in sommige steden de Liggende majer (Amaranthus deflexus) gevonden. Deze komt uit Zuid-Amerika en is een echte warmteliefhebber. Hij verschilt van de Kleine majer vooral in de vorm van de bladeren, het deukje ontbreekt bij deze plant en het blad is ruit- of eivormig.
Kortom, mocht je groente nodig hebben terwijl de winkels al dicht zijn, dan kan je altijd nog op zoek naar Kleine majer.